Gemeente Adegem

Tijdens zijn werkbezoek aan het Meetjesland op donderdag 27 juni 1974 bracht koning Boudewijn uiteraard ook een bezoek aan de Canadese begraafplaats. Hij werd er door een enthousiaste menigte ontvangen en vooral de schoolkinderen juichten de vorst hartelijk toe. We zien de koning bij het verlaten van het kerkhof in het gezelschap van gouverneur De Kinder en burgemeester Jozef de Prest.

Op 13 september 1970 mocht Albert De Kesel voor de tweede en tevens de laatste keer in zijn functie als burgemeester de genodigden verwelkomen, want na de gemeenteraadsverkiezingen was duidelijk geworden dat dokter Jozef De Prest in 1971 weer de sjerp zou overnemen.

Tot aan de fusie met de gemeente Maldegem in 1976 werd niets meer aan het stramien van de Canadese dag gewijzigd, met als enige uitzondering dat het Canadese vliegtuig dat de papavers dropte, in 1974 werd vervangen door een Belgische legerhelikopter. Waarschijnlijk gebeurde dat omdat het Canadese vliegtuig in 1973 zijn werk had moeten uitvoeren in een zeer dichte mist. Dat was niet alleen te gevaarlijk, maar ook te duur, want het vliegtuig kwam speciaal van een basis in Duitsland overgevlogen en als het zijn opdracht niet kon uitvoeren was dat een lange vlucht voor niets.

In 1973-1974 werd ook de laatste keer geschreven over de peters en de meters die een graf onderhielden en waarvan er verscheidene nog steeds goede betrekkingen onderhielden met families van gesneuvelden in Canada.

Op het programma van het werkbezoek dat koning Boudewijn op donderdag 27 juni 1974 aan het Meetjesland bracht stond vanzelfsprekend ook een bezoek aan het Canadees kerkhof. Het bezoek verliep uitermate ongedwongen en in een zeer ontspannen sfeer. Achter een erehaag van honderden schoolkinderen uit Eeklo, Oostwinkel en Adegem stapte de vorst op naar het offerkruis waar hij een bloemenkrans neerlegde en enkele ogenblikken ingetogen stilte in acht nam.

Een trotse burgemeester De Prest verstrekte uitleg over het kerkhof en over de gesneuvelden, waarna de koning het kerkhofregister tekende en zich nog enkele ogenblikken onderhield met enkele leerkrachten en oud-strijders. Daarna ging hij onder luide toejuichingen bloemen neerleggen op de graven van de gesneuvelde Belgische soldaten in het Adegemse dorpscentrum. Daarmee was koning Boudewijn ook eens buiten de wereld geweest; misschien was dat wel de reden waarom hij er zo ontspannen en vriendelijk glimlachend bijliep.

In 1976 fungeerde dokter Jozef De Prest ook de laatste keer als gastheer, omdat Adegem wegens de wet op de fusie van de gemeenten ophield als zelfstandige gemeente te bestaan en samen met Middelburg opgenomen werd in de gemeente Maldegem. Vanzelfsprekend was het voor de gemeente een van de meest historische ingrepen van de laatste twee eeuwen. Waren de gevolgen het indringendst voor de bevolking, ook voor de Canadese dag waren zij niet gering.

Het past hier toch even hulde te brengen aan de twee Adegemse burgemeesters die zich gedurende enkele decennia zo inzetten voor de herdenkingsplechtigheid en voor de ontvangst van de hoge gasten, en dit niet alleen ter gelegenheid van de Canadese dag. Zowel Albert De Kesel als Jozef De Prest spaarden kosten noch moeite om van de plechtigheid een herdenking te maken waarbij de bevolking zeer nauw werd betrokken.

Het was dan ook volstrekt onjuist wat enkele jaren later werd geschreven, namelijk dat de Canadese dag tijdens de laatste jaren van het Adegems gemeentebestuur eigenlijk niet zoveel meer voorstelde en stilaan aan het doodbloeden was. Zowel foto's als documenten tonen aan dat de herdenking van de Canadese gesneuvelden toen steeds stijlvol, intiem én sfeervol verliep. Ambassadeurs van Canada en andere Canadese bezoekers waren steeds vol lof over wat het kleine Adegem voor hun gesneuvelde jongens deed; zij loofden vooral de eenvoud en de oprechtheid waarmee de plechtigheid gepaard ging.

Charles Davidson Jack, regionaal directeur van de Commonwealth War Graves Commission, die elk jaar opnieuw toelating gaf om de plechtigheid te organiseren, formuleerde het als volgt: "L' accueil chaleureux et amical que vous nous avez réservé nous toucha profondément et nous avons été très impressionnés par cette simple mais émouvante cérémonie..."